Het dikke ik en de liberale kernwaarden

De meeste liberalen kennen de kernwaarden van de VVD. De eerste twee: vrijheid en verantwoordelijkheid zijn vooral gericht op het individu en de andere drie meer op de samenleving: sociale rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid en verdraagzaamheid. Sociale rechtvaardigheid blijkt vaak het lastigst te doorgronden. Het is namelijk veel meer dan een liberaal excuus om bijstand te kunnen verlenen.

Sociaal staat voor de groep, de samenleving, de gemeenschap. Liberalen gaan uit van de individuele waarden, niet los van de gemeenschap maar in de gemeenschap. Liberalen zijn geen kluizenaars, maar sociale mensen die in samenleving en in samenwerking met anderen tot ontplooiing komen. Rechtvaardigheid staat voor eerlijkheid. Eerlijkheid relateren we vaak aan mensen, rechtvaardigheid aan systemen of instanties. Eerlijkheid, en dus ook rechtvaardigheid, is subjectief, bijvoorbeeld: een socialist vindt het eerlijk als ieder hetzelfde krijgt, een liberaal als ieder naar verdienste krijgt en maar je kan er ook voor kiezen dat ieder naar behoefte krijgt.

Sociale rechtvaardigheid is daarmee onze kernwaarde die ons wijst op balans van rechtvaardigheid in de samenleving. Is een maatregel ten gunste van een kleine groep te billijken door de rest. Als we mensen een uitkering geven en de mensen die dat moeten opbrengen vinden dat ok, dan is er sprake van sociale rechtvaardigheid. Als we een weg aanleggen door een privé-gebied en de eigenaar begrijpt waarom (en wordt gecompenseerd voor zijn schade). Als we vluchtelingen opvangen in een omgeving waar de omwonenden meegenomen zijn met de beslissing en het accepteren.

Het verhaal van Mark Rutte over het dikke ik gaat over mensen die zich weliswaar aan de regels houden, maar ons gevoel van sociale rechtvaardigheid geweld aandoen.Dat kent vele vormen, de premier heeft er een paar genoemd.

Het gaat over de bankdirecteur die zichzelf een bonus van 100.000 euro geeft. Legaal misschien wel, maar hoe valt dat in een samenleving waar voor de meeste mensen 35.000 euro al een groot inkomen is?

Het gaat over de werkeloze die zich te goed voelt om in een fabriek of op een kwekerij te werken, maar wel vooraan in de rij voor een uitkering staat.

Het gaat over de crimineel, die zich aan geen enkele wet houdt en overal slachtoffers achterlaat.

Het gaat om een burger die een grote mond geeft als hem gevraagd wordt om rekening te houden met anderen. Om de verkeershufter, om de voordringer.

Het gaat om ons allemaal wanneer wij onvoldoende rekening houden met de anderen en ons eigenbelang te veel op de voorgrond plaatsen. Ons dikke ik. Als de balans verstoord wordt, ervaren we dat niet als sociaal rechtvaardig ook al is het legaal. Dat past niet bij een oprechte liberaal.