Sociale rechtvaardigheid versus wederkerigheid

In de VVD worden tot nu toe vijf kernwaarden geformuleerd. Denken vanuit deze kernwaarden helpt bij het formuleren van standpunten over een breed scala aan onderwerpen. Een van die kernwaarden is sociale rechtvaardigheid.

Sociale rechtvaardigheid

Het begrip sociale rechtvaardigheid stoelt op twee onderdelen, sociaal en rechtvaardig. Het begrip sociaal heeft betrekking op groepen of op de samenleving als geheel. Maatregelen die sociaal genoemd worden, moeten dus door iedereen in de groep gesteund worden. Het kan dus nooit uitgelegd worden als iets voor een enkel individu.

Rechtvaardigheid is een begrip uit de ethiek en op basis van dit beginsel kan men bepalen of een handeling eerlijk is. Overigens kan ook eerlijkheid op veel manieren invulling krijgen. Iedereen krijgt hetzelfde of evenveel, iedereen krijgt naar behoefte of noodzaak of iedereen krijgt naar verdienste. Het is geen nieuws als socialisten de eerste uitleg gebruiken en liberalen vaak de laatste.

Sociale rechtvaardigheid gaat dus om herverdelen van lusten en lasten. Dat kan in geld zijn, bijstand of progressieve belastingen, maar het kan ook betrekking hebben op bijvoorbeeld een weg.

Als iemand zijn leven niet zonder hulp kan redden, dan is het goed om als samenleving deze bij te staan. De mens in nood ontvangst bijstand en de samenleving betaalt hiervoor belasting. Lusten en lasten zijn eerlijk verdeeld.

Als een weg door iemands tuin gaat, heeft de eigenaar de lasten en de maatschappij de lusten. Als we goed kunnen uitleggen waarom de maatregel nodig is (en we respecteren het eigendomsrecht door bijvoorbeeld een schadevergoeding) dan kan dit geplaatst worden in het licht van sociale rechtvaardigheid.

Deze redeneringen gaan ook op voor bijvoorbeeld jeugdzorg, onderwijs, gezondheidszorg, milieumaatregelen. Waar de overheid doelen heeft die aandacht behoeven en dit betaald wordt uit belastingen, is de basis hiervan over het algemeen sociale rechtvaardigheid.

Wederkerigheid

Deze term wordt door Klaas Dijkhoff geïntroduceerd. Hij wil aangeven dat de mens ook een taak heeft voor de samenleving en schuurt daarmee dicht aan tegen het sociaalliberalisme. Vrijheid maar ten dienste van de samenleving.

Wederkerigheid is te zien onder twee andere kernwaarden.

De eerste is verantwoordelijkheid. Ieder mens heeft een mate van verantwoordelijkheid voor zijn omgeving. Niet omdat het liberaal is, maar omdat je alleen deel kan uitmaken van een samenleving als je ook de verantwoordelijkheid draagt voor die samenleving.

De tweede is sociale rechtvaardigheid. Omdat we kijken naar de ontvanger (de lusten) en de gever (belastingbetaler, de lasten) moet het voor beide goed voelen. Als de ontvanger er niet alles aan doet om zijn last voor de ander zo licht mogelijk te maken en zo kort mogelijk te laten duren, is de belastingbetaler ontevreden met de regeling. Met wederkerigheid kan de ontvanger laten zien dat hij, hoewel er geen eigen inkomen is, hij toch een waardevolle bijdrage voor de maatschappij kan leveren.

Als wederkerigheid in plaats komt van sociale rechtvaardigheid, verlies je onze opgave om er te zijn voor wie niet zelf in staat is. Voor zieken, verstandelijk gehandicapten ja zelfs voor de jeugd, die ook onder de noemer van sociale rechtvaardigheid voorzieningen krijgen omdat ze nog niet voor zichzelf kunnen zorgen.

Conclusie

Wederkerigheid is nodig om de free-riders aan te spreken, maar het kan sociale rechtvaardigheid niet vervangen.